Juli 1994: tussenstand van de inzamelingsactie voor de restauratie. Uiteindelijk liep dit bedrag op tot 415.000 gulden
Juli 1994: tussenstand van de inzamelingsactie voor de restauratie. Uiteindelijk liep dit bedrag op tot 415.000 gulden Foto: Piet van Oers

NA RESTAURATIE WORDT GEBEDSHUIS PROTESTANTSE GEMEENTE HEROPEND

1996: waterstaatskerkje staat op 'nieuwe poten'

HENK VAN WEERT

Het protestants kerkje aan de Clarissenstraat in Boxtel werd in 1812 op houten palen gebouwd. 180 jaar later bleken de koppen van die palen danig verrot als gevolg van een lagere grondwaterstand. In 1995 startte een ingrijpende restauratie waarbij een geheel nieuwe fundering onder het door Hendrik Verhees ontworpen monument werd gelegd. Eind maart 1996 volgde een feestelijke heropening. 

Even overwoog de kerkenraad van de Protestantse Gemeente het gebedshuis af te stoten en elders onderdak te zoeken. Zover kwam het echter niet. Onder het motto 'Help onze kerk weer op poten' startte in februari 1994 een fondsenwerving. Het Rijk en de gemeente Boxtel trokken samen 360.000 gulden uit, maar dat was onvoldoende voor het restauratieproject waarvan de kosten waren becijferd op drie ton meer. 

De helft van het tekort zou door kerkelijke fondsen moeten worden gedekt, zodat onder de lokale bevolking 150.000 gulden moest worden ingezameld. Geen sinecure, te meer omdat de plaatselijke gemeenschap kort ervoor al flink de beurs had getrokken om de grote 'broer', de Sint-Petrusbasiliek, in oude luister te herstellen. Toch lukte het. Van alle kanten werden acties en initiatieven ontplooid om het benodigde restauratiebedrag bijeen te krijgen. Er werd zelfs 115.000 gulden extra bijeengebracht. 


23 MAAL DANKJEWEL

Het uiteindelijk niet uitgevoerde voorstel om het kerkje af te stoten en op een andere plek gebedsdiensten te gaan houden, werd ingegeven door het feit dat de kleine Protestantse Gemeente Boxtel onmogelijk zelf de financiën voor de restauratie rond kon breien. Dat dit uiteindelijk - met de steun van velen - tóch slaagde, resulteerde erin dat toenmalig kerkenraadvoorzitter Gert Smit bij de heropening van het zogeheten waterstaatskerkje op zondag 30 maart 1996 in liefst 23 verschillende toonaarden een 'dankjewel' uitsprak. 

Smit sprak in de Sint-Petrusbasiliek, omdat zijn eigen, gerenoveerde kerk veel te klein was om de grote schare genodigden te herbergen. Tijdens die bijeenkomst ontving Smit symbolisch de sleutels van het kerkje aan de voet van de Sint-Petrustoren. Die kreeg hij uit handen van Evert van Gelder, als voorzitter van de Stichting Restauratie Protestantse Kerk (SRPK) een van de mannen die jarenlang ijverde voor behoud van het beeldbepalende godshuis aan de Clarissenstraat. 


'ELKAAR BEZOEKEN'

Bij de sleuteloverhandiging citeerde Van Gelder uit het bijbelboek Amos, hoofdstuk 9 vers 11: 'Te dien dagen zal ik de vervallen hut van David weder oprichten. Ik zal haar scheuren dichten en wat daarvan is ingestort overeind zetten. Ik zal haar herbouwen als in de dagen van ouds'. 

Ook riep Van Gelder de leden van de Protestantse Gemeente op de open deuren van hun eigen kerk eens voorbij te lopen en een viering bij te wonen in de Sint-Petrusbasiliek. Vaste kerkgangers van de katholieke eredienst nodigde hij uit om eens een kijkje te nemen in het kerkje dat in 1812 werd gebouwd. 


LODEWIJK NAPOLEON

Na de Vrede van Münster (1648), toen het hervormde geloof staatsgodsdienst werd, raakten de katholieken hun Sint-Petrus kwijt aan de protestanten. Het gebouw raakte echter al snel in verval omdat de kleine groep protestanten het onderhoud van de grote kerk niet kon bekostigen. 

In 1798, tijdens de Franse tijd, bepaalde de regering van de Bataafse Republiek dat kerken moesten worden verdeeld naar rato van het aantal gelovigen. Boxtel telde destijds iets meer dan 2.500 katholieken, terwijl het aantal protestanten op 51 bleef steken. En dus moesten de protestanten de Petrus verlaten. 

Pas nadat koning Lodewijk Napoleon tijdens zijn bezoek aan Boxtel in 1809 de hervormde gemeente zevenduizend gulden schonk, konden plannen gemaakt worden voor de bouw van een nieuwe kerk. Boxtelaar Hendrik Verhees (1744-1813), onder meer architect, landmeter, volksvertegenwoordiger en vrederechter, ontwierp het gebouw en vanwege de drassige bodem koos hij ervoor het kerkje op houten palen te bouwen. 


BETONNEN PLAAT 

Omdat die palen gingen rotten als gevolg van een daling van het grondwaterpeil, was de kerk aan het verzakken en kon een ingrijpende restauratie in de jaren negentig niet uitblijven. Het project werd uitgevoerd onder leiding van het plaatselijke architectenbureau Snijders en Van Stekelenburg. Op de zandlaag onder de kerkvloer werd een betonnen plaat gestort met uitstulpingen die door de kerkmuren 'staken'. De plaat wordt gedragen door betonnen funderingspalen die zonder trillingen in de bodem werden geschroefd. 

Het restauratieproject ging eind juni 1995 van start en de Protestantse Gemeente hoopte dat Kerstmis in het vernieuwde gebedshuis kon worden gevierd. Dat bleek wat té optimistisch, maar drie maanden later konden de deuren dan toch worden geopend.



De foto's uit het archief van Brabants Centrum zijn gemaakt door Piet van Oers en ook terug te vinden in de digitale Beeldbank van Heemkunde Boxtel.

De uit 1812 stammende weerhaan is door Pietjan Hagenaars (links) gerestaureerd en voorzien van een nieuwe laag bladgoud. Kerkvoogd Wim Kelfkens van de Protestantse Gemeente Boxtel neemt het pronkstuk in ontvangst. In het midden Evert van Gelder van het restauratiecomité.
December 1994: bouwvereniging Sint-Joseph (nu woonstichting Joost) overhandigt een cheque van 25.000 gulden aan restauratievoorzitter Evert van Gelder. Dat gebeurt door voorzitter Gerard Smits en directeur Theo van Dijk (geheel rechts). Links Co van Druten van de kerkvoogdij.
Augustus 1995: de restauratie is in volle gang. De houten vloer is verwijderd en wordt vervangen door een betonnen plaat.
De tekst boven de entree wordt opnieuw verguld.
September 1995: burgemeester Jan van Homelen (tweede van links) boort de eerste nieuwe funderingspaal.
Augustus 1995: protestantse kerk in de steigers. Rechts De Schakel. Dit ontmoetingscentrum werd in 2006 afgebroken om plaats te maken voor nieuwbouw.
April 1996: Aloysia en Marij, twee zusters ursulinen, luiden bij de heropening het angelusklokje dat hun orde schonk.
November 1995: de gerestaureerd weerhaan wordt teruggeplaatst.
November 1995: de gerestaureerd weerhaan wordt teruggeplaatst.
Maart 1996: blik in het vernieuwde interieur.
Maart 1996: blik in het vernieuwde interieur.
Evert van Gelder (links), voorzitter van het restauratiecomité van de protestantse kerk, ontvangt een cheque uit handen van Martien Tielen van de plaatselijke Rabobank.
Oktober 1995: bingoavond ten bate van de restauratie.
Kerkenraadvoorzitter Gert Smit (links) ontvangt uit handen van Evert van Gelder van de restauratiestichting symbolisch de sleutels van het vernieuwde waterstaatskerkje tijdens de heropeningsbijeenkomst in de Sint-Petruskerk.
Eind maart 1996: een lange rij wachtenden om het heropende kerkje te bewonderen.