TOOF PET de TOVERPET: HET PAARD
VOORLEESVERHAAL| JETSE OFFERS
”Toof Pet is een pet met toverkracht. Wie hem opzet, naar een dier of beestje kijkt en de toverspreuk uitspreekt, verandert in het dier/beestje waarnaar je kijkt. Je gaat dan kennismaken met het dier en zijn of haar omgeving. Deze week zet Roanne van Sprundel (6 jaar) Toof Pet op.
Roanne heeft een keertje mogen paardrijden. Zij zou zich best wel eens willen omtoveren in een paard. Mama Saranne pakt haar telefoon en zegt: ‘Wacht.’ Ze laat een foto van dat paardrijden zien. ‘Ik ga mij omtoveren in het paard waar ik opzat', roept Roanne. Zij zet de toverpet op, pakt de klep van de pet vast, kijkt naar het plaatje op mama’s telefoon en zegt: ‘Toof opgelet! Voor dat paard heb ik jou opgezet.’ PATS BOEM! Roanne is ineens een paard en staat in een grote paardenstal naast het rijpaard waarnaar zij keek. Die begint heel hard te hinniken. ‘Welkom’, hinnikt het paard. ‘Hoe heet jij?’, vraagt het paard. ‘Ik heet Roanne en ik heb op jouw rug gezeten’, vertelt zij. ‘Dat kan niet’, zegt het paard. ‘Ik heb nog nooit een paard op mijn rug gehad.’ Roanne lacht en legt uit dat zij een omgetoverd meisje is. ‘Ik ben nu een merrie, een vrouwtjespaard.’
Het paard waar zij op reed, is ook een merrie. Toof vertelt dat men een mannetjespaard een hengst noemt. Een babypaard noemt men een veulen. Een paard heeft de grootste ogen van alle zoogdieren die op het land leven. Die ogen zitten aan beide kanten van haar hoofd en daarom kan Roanne, zonder haar hoofd te draaien, bijna helemaal om zich heen kijken.
Paarden hebben natuurlijk ook een kop en poten, maar omdat mensen heel veel van paarden houden, vinden zij dat een paard een hoofd en benen heeft. Ze kunnen hun oren in alle richtingen draaien. Paarden kunnen ook heel goed ruiken.
‘Verveel jij je hier niet in de stal?’, vraagt Roanne. ‘Soms’, antwoordt het paard. ‘Dan ga ik 'weven'.’ ‘Wat doe je, als je gaat weven?’ ‘Dan ga ik alsmaar met mijn hoofd heen en weer’, zegt het paard. ‘Ik ben een kuddedier en dus het liefst buiten, samen met andere paarden.’
‘Ga je vaak naar buiten?’, vraagt Roanne. ‘Elke dag ga ik wandelen, vaak met iemand op mijn rug. We mogen ook vaak in de wei rennen’, vertelt het paard. ‘Vind je het erg als mensen op jouw rug gaan zitten?’ ‘De eerste keer dat ik een 'zadel' op mijn rug kreeg, een 'halster' om mijn hoofd en een 'bit' in mijn mond met 'teugels', vond ik dat niet leuk. Nu ben ik daaraan gewend en vind ik het zelfs leuk als iemand op mijn rug gaat zitten’, zegt het paard. ‘Geven ze een tikkie met hun hakken onder mijn buik of een tikkie met een zweepje op mijn billen, dan weet ik dat ik moet stappen; 'stap – stap – stap – stap'. Als ze nog een tikkie geven, dan ga ik draven; 'hop, hop, hop, hop, hop'. Na nog een tikkie ga ik galopperen; 'hop - hop, hop - hop, hop - hop'. Met de teugels sturen ze mij. Als ze de teugel rechts aantrekken, ga ik naar rechts. Als ze de teugel links aantrekken, ga ik naar links. Trekken ze aan beide teugels, dan weet ik dat ik moet stoppen.’
‘Ik vind dat ik nu mooie haren en een mooie staart heb’, zegt Roanne. ‘Die haren, die over je voorhoofd hangen en aan de bovenkant van je hals groeien, noemt men 'manen' en die staart is handig om vliegen weg te slaan’, vertelt het paard.
Toof vertelt dat een man op de rug van een paard een 'ruiter' is, een vrouw een 'amazone'. ‘Ik ben een meisje, dus op jouw rug ben ik een amazone’, lacht Roanne. ‘Ik vind het leuk om een amazone te zijn. Misschien dat ik op paardrijles mag.’ ‘Dan ben je weer welkom op mijn rug,’ antwoordt het paard.
‘Maar nu moet ik de pet af doen, want ik moet naar hockey. Houdoe!’ Roanne schudt met haar hoofd en de pet valt af.
PATS BOEM! Zij is ineens weer thuis bij mama Saranne. ‘Mama, ik wil op paardrijles’, roept Roanne. ‘We gaan nu eerst naar hockey’, knipoogt mama Saranne.
Mag jouw kanjer Toof Pet ook eens opzetten en zichzelf omtoveren in een dier of beestje in de krant? Meld hem of haar dan hiervoor aan op toofpet.nl. Er zijn geen kosten aan verbonden en je ontvangt het verhaal ter goedkeuring vóór plaatsing. Kies wel een dier/beestje waarin niemand zich nog omtoverde.