ESSCHE CARNAVALSSTICHTING VIERT 33-JARIG BESTAANSFEEST • DREIGENDE OPHEFFING WORDT AFGEWEND
Oggelvorsen luiden millennium feestelijk, maar onzeker uit
HENK VAN WEERT
Het was 22 jaar geleden bitter koud op carnavalszondag: traditioneel dé dag waarop de meeste leutstoeten door de dorpen in deze regio trekken. Toeschouwers in de straten van het Essche carnavalsrijk Oggelvorsenpoel zagen in 1999 de 33e editie van de kolderkaravaan uiterst traag aan zich voorbijtrekken.
Esch vierde in het laatste millenniumjaar niet alleen een ludiek lustrum van de optocht, ook de Oggelvorsenpoel zelf bestond 33 jaar. Op het moment dat prins Boy d'n Urste (wijlen Boy Rutten) voor de tweede achtereenvolgende keer de scepter zwaaide, leek het er echter op dat carnavalsstichting De Oggelvorsen zich op zou heffen. Vrijwilligers die heel lang actief waren in de organisatie vonden het welletjes en er dienden zich aanvankelijk weinig tot geen opvolgers aan.
OP NAAR BACCHUS
Met zeven praalwagens, zes loop- en dito jeugdgroepen zette de carnavalsoptocht zich om 12.44 uur in beweging op de Kollenberg. Carnavalsclub Bacchuscorps was erop gebrand de eerste prijs bij de wagens in de wacht te slepen. Dat gebeurde tijdens de eerste editie van de leutstoet in 1967, maar ook nog heel vaak daarna. En jawel hoor, dat lukte: onder de titel 'In zotheid op naar Bacchus' werd een majestueuze nar via een schuine helling omhoog geduwd naar een Bacchusbeeldje.
Dat beeldje was uiteraard niet het kleine, roodbruine exemplaar van barnsteen uit een Romeins graf dat in de jaren vijftig in Esch werd blootgelegd. En ook niet de uitvergrote bronzen replica van de wijngod die de Bierpomp in het dorp siert. Het was een nóg grotere variant, door de leden van de carnavalsclub gemaakt van papier-maché.
STUURMANSKUNST
Net als bij andere praalwagens het geval was, vergde ook de kleurrijke creatie van het Bacchuscorps veel stuurmanskunst om door de smalle straatjes van het dorp te laveren. Dat zorgde uiteindelijk allemaal voor zoveel vertraging dat de optocht halverwege werd afgeblazen en de carnavalsvierders de warmte van dorpshuis De Es en van de plaatselijke horecabedrijven opzocht.
De meeste mensen hadden toen echter alle deelnemende groepen al wel bewonderd. Zoals de wagen met het motto 'Alles loopt in de soep' van De Deelnemers of het fraai afgewerkte piratenschip van De Knoken, beide geïnspireerd op een mogelijke einde van het Essche carnaval.
Enkele groepen grepen de kort van tevoren bekend geworden sluiting van de plaatselijk supermarkt aan om uiting te geven aan hun creativiteit in de leutstoet. Dat was onder meer het geval bij De Beginners, die de eerste prijs wonnen bij de loopgroepen onder de titel 'Waar kun je mij 's nachts voor wakker maken?'
Bij de jeugdige deelnemers kreeg buurtvereniging Haarenseweg de meeste punten van de jury met een lange plastic baan. Die werd gedragen door kinderen met op hun hoofd een voertuig dat een dag eerder ook al in de jeugdoptocht was te bewonderen. De hoofdprijs van de optocht was echter weggelegd voor de destijds bijna 77-jarige Tina van den Broek die - verkleed als 'takkenwijf' - de overlast van hondenpoep aan de kaak stelde.
5x11 JAAR
Volgende maand wilden de Oggelvorsen het 5x11-jarig bestaansjubileum vieren. Daaruit blijkt dat het uiteindelijk allemaal goed is gekomen en dat de opheffing van de carnavalsstichting is afgewend. Na verwoede pogingen maakte een nieuwe generatie met enkele oude getrouwen uiteindelijk een doorstart en werd een jaar later (in 2000 dus) tóch feest gevierd door de Oggelvorsen en jeugdige Kwakbollekes. Net als in de jaren daarna.
Behalve nu dus. Vanwege de coronamaatregelen wordt vooralsnog alleen een online spelshow georganiseerd waaraan Esschenaren vanuit hun huiskamer op carnavalszaterdag 13 februari kunnen deelnemen. Tevens verschijnt eind deze maand carnavalskrant De Oggelleuter.