Bas Versteegen uit Boxtel kreeg vorige week een herinneringsspeld van het Rode Kruis voor zijn inzet tijdens de coronacrisis.
Bas Versteegen uit Boxtel kreeg vorige week een herinneringsspeld van het Rode Kruis voor zijn inzet tijdens de coronacrisis. Foto: Basman Creëert - Bas van den Biggelaar

RODE-KRUISVRIJWILLIGER
BAS VERSTEEGEN:

'Vaak voelen coronapatiënten niet hoe ziek ze eigenlijk zijn'

Van radiodeejay's begeleiden tijdens het goededoelenevenement 3FM Life Line tot sporthallen inrichten voor bewoners van een ontruimd dorp: vrijwilliger zijn bij het Rode Kruis is zelden saai. Dat weet ook Bas Versteegen (41). Vanwege zijn inzet tijdens de coronacrisis, kreeg de Boxtelaar vorige week een herinneringsspeld.

De inzet van Rode Kruis-vrijwilligers in Nederland is dit jaar de grootste sinds de Tweede Wereldoorlog en de Watersnoodramp in 1953. Om de onbezoldigde medewerkers te danken, was er een symbolische uitreiking in de Galerij Prins Willem V tegenover het Binnenhof in Den Haag. Onder toeziend oog van prinses Margriet kregen vier personen zaterdag 12 december de onderscheiding opgespeld door een familielid.

Voor Versteegen, die zich sinds zeven jaar inzet voor hulporganisatie, ging het net even anders. Een grootschalige uitreiking was door de crisis waarvoor hij en anderen zich zo hard inzetten, uiteraard niet mogelijk.
Beide regio’s waar de Boxtelaar voor werkt, pakten het die dag anders aan. Zo hield de afdeling die zich ontfermt over de regio Eindhoven een online pubquiz, waarna de vrijwilligers de medaille kregen opgestuurd via de post. In ’s-Hertogenbosch was er een drive-in uitreiking, waar de Boxtelaar zijn onderscheiding ontving.




BEWONDERINGSWAARDIG

Want het ís daadwerkelijk bewonderingswaardig wat Versteegen allemaal doet voor het Rode Kruis. Naast zijn werk bij bouwbedrijf Heijmans, zet de Boxtelaar zich op allerlei manieren in voor hulpbehoevenden. Zo was hij regelmatig vrijwilliger bij grote evenementen zoals de marathon in Eindhoven of muziekfestival Pinkpop in Landgraaf. Ook begeleidde hij twee keer een paar radiodeejay’s van 3FM tijdens hun wandeltocht Life Line voor het goede doel.

In 2018 liep hij met Rob Janssen en Jorien Renkema van Weert naar Utrecht en deed hij ook Boxtel en Liempde aan; een jaar later begeleidde hij Sander Hoogendoorn en Herman Hofman enkele etappes tussen Goes en Groningen.

'Hierdoor realiseer ik me wel dat het belangrijk is en gewaardeerd wordt'

Ook richtte hij afgelopen april als vrijwilliger voor de afdeling Noodhulp tijdens een bosbrand bij het Limburgse dorp Herkenbosch ruim een dozijn sporthallen in met veldbedden en andere faciliteiten. Alle bewoners van het plaatsje moesten namelijk uit hun huizen, omdat langer blijven onveilig zou zijn. En de lijst gaat maar door…




TEAMLEIDER
,,Dat onvoorspelbare vind ik fantastisch. Ik ben niet gemaakt om alleen maar te trainen: ik wil mijn kennis ook in de praktijk brengen. Als alles strak van te voren vastligt volgens een uitgewerkt draaiboek, kun je beter iemand anders als teamleider vragen."
Bij de hulpvraag in Herkenbosch moest Versteegen om half tien ’s avonds acuut in de auto springen om te gaan helpen en sliep hij de hele nacht niet. ,,Maar dat er dan binnen één uur vijftig Rode Kruis-mensen - zelfs helemaal uit Overijssel - klaarstaan, vind ik echt mooi. Dat we daarbij ook nog rekening moesten houden met alle hygiënemaatregelen om verspreiding van het coronavirus tegen te gaan, maakte het helemaal bijzonder. En echt even wennen.”




CORONA-ARTSEN

Op dit moment zet Versteegen zich in om de behandeling van coronapatiënten te ondersteunen. In Den Haag is het systeem namelijk zo ingericht, dat er speciale ‘coronahuisartsen’ zijn. Wanneer iemand de huisarts belt met het vermoeden van een coronabesmetting, gaat er een speciale dokter langs om bij de patiënt op bezoek te gaan. Rode Kruis-vrijwilligers fungeren dan als chauffeur, maar moeten soms ook mee naar binnen om de huisarts te ondersteunen bij zijn werkzaamheden.
,,Als je daar binnenstapt, zie je wat corona echt is. De ziekte is onvoorspelbaar: je ziet, hoort of merkt vaak niet aan mensen hoe slecht ze eraan toe zijn. Soms kom je binnen en vraag je je af waarom we voor deze patiënt zijn opgeroepen. Als we dan de zuurstofwaarden in het bloed meten, komen we erachter dat we met spoed een ambulance moeten bellen."

Soms denken mensen dat ze boven nog wel even zelf hun koffertje in kunnen pakken om naar het ziekenhuis mee te nemen, maar daar zijn ze dan totaal niet toe in staat, ziet Versteegen. ,,Mensen voelen helemaal niet hoe ziek ze eigenlijk zijn.”




58 JAAR GETROUWD

Tijdens zijn diensten maakt Versteegen soms heftige dingen mee. Zoals een echtpaar, 58 jaar getrouwd, dat plots geschieden moet worden omdat een van de twee naar het ziekenhuis moet. Ook bezocht hij een keer zeven patiënten op een dag, voor wie allemaal een ambulance moest worden gebeld, waarvan vier met spoed.

Ook verhaalt de Boxtelse hulpverlener over een man die positief getest was op Covid-19, maar viel en toen niet meer overeind kon komen. ,,Hij was toevallig zo slim om met tiewraps een washandje aan zijn rollator vast te maken met zijn telefoon erin. Zo heeft hij uiteindelijk om hulp gevraagd. Maar als iemand niet op dat idee komtis, kan ik me voorstellen dat we hem of haar zomaar een week later vinden.”

Ondanks de ingrijpende zaken die Versteegen regelmatig ziet tijdens zijn diensten, lukt het de Boxtelaar goed om de gebeurtenissen van zich af te zetten. ,,Ik heb mezelf daarin echt leren kennen. Ik dacht dat ik er nog langere tijd mee zou zitten, maar ik kan het goed loslaten. Ik zie soms twaalf tot vijftien mensen op een dag: als ik al die verhalen mee naar huis zou nemen, zou het werk niet meer te doen zijn. Dat ik daar sta met een duidelijke functie en in mijn uniform, helpt. Ook dat ik in Den Haag werk, ondersteunt me daarbij: dat maakt het minder persoonlijk. Én ik weet niet hoe het met patiënten afloopt, nadat ik ze gezien heb.”



MEDAILLE

En voor al dat dappere, bijzondere en intense werk is de Boxtelaar dus nu beloond met een mooie medaille. Hij vond de uitreiking bijzonder: ,,Er was echt iets moois van gemaakt. Ik moest naar een grote tent van het Rode Kruis toe rijden, waar ik mijn medaille ontving. Mijn werk voelt normaal: ik doe het gewoon. Maar hierdoor realiseer ik me wel dat het belangrijk is en gewaardeerd wordt. Het is een moment dat ik niet snel zal vergeten.”