Omgerekend naar inwonertal is Boxtel op de gemeente Oss na het duurste uit bij de inkoop van jeugdzorg. De overige gemeenten betalen gemiddeld rond de tweehonderd euro per inwoner. (Bron: gemeente Boxtel).
Omgerekend naar inwonertal is Boxtel op de gemeente Oss na het duurste uit bij de inkoop van jeugdzorg. De overige gemeenten betalen gemiddeld rond de tweehonderd euro per inwoner. (Bron: gemeente Boxtel). Foto:

B EN W VERWACHTEN LATER LAGERE KOSTEN

Boxtel is na Oss duurste jeugdzorggemeente


PÅL JANSEN & RENS VAN DEN ELSEN

De jeugdzorg in de regio Noordoost-Brabant pakt naar inwonertal het duurste uit in de gemeente Oss, maar Boxtel staat op een stevige tweede plek. Omgerekend naar een bedrag per inwoner tikt Boxtel jaarlijks 343,17 euro per persoon af voor deze zorgvorm. In Oss ligt dit bedrag op 416,55 euro. Daarmee laten ze de overige gemeenten ver achter zich.

Oss en Boxtel kopen samen met dertien andere in de regio gezamenlijk de jeugdzorg in. De inkooporganisatie die daarvoor is opgetuigd, verdeelt de kosten naar rato. Dus de gemeente die meer zorg afneemt, krijgt een hogere rekening dan degenen die minder afnemen.

Waar Boxtel flinke grepen uit de kas moet doen om de jeugdzorg te kunnen betalen (10,5 miljoen euro in 2021), daar zijn andere gemeenten veel minder geld kwijt. Zo betalen Boekel en Sint-Anthonis omgerekend zo'n 150 euro per inwoner.

Gemeenten van vergelijkbare grootte zoals Sint-Michielsgestel en Boxmeer leggen respectievelijk 178 en 206 euro per persoon in. Met uitzondering van Boxtel en Oss is iedere deelnemer aan het regionale samenwerkingsverband gemiddeld 201 euro per burger kwijt.

MEER JONGEREN

Hoewel uit cijfers van het CBS blijkt dat Boxtelse jongeren niet meer gebruik maken van jeugdzorg dan die uit de overige gemeenten, is deze gemeente dus wel duurder uit. Dat komt volgens een woordvoerder onder meer door de aanwezigheid van een jeugdzorginstelling als De La Salle binnen de grenzen. Hiervoor krijgt Boxtel ook meer inkomsten vanuit Den Haag.

Maar veel jongeren die van de instelling gebruik maken, komen uit andere plaatsen. Deels moet Boxtel echter opdraaien voor de zorgkosten en dat zorgt voor een vertekend beeld van de cijfers. Maar volgens de woordvoerder dragen ook demografische verschillen en een andere sociale infrastructuur hier aan bij.

WOONPLAATSBEGINSEL

Het woonplaatsbeginsel moet de kosten rechttrekken. Hierbij wordt gekeken naar waar een jongere vandaan komt in plaats van waar hij gebruik maakt van jeugdzorg. Dus als iemand uit Sint-Michielsgestel in de Boxtelse jeugdzorginstelling verblijft, betaalt die eerste gemeente in plaats van Boxtel. Met de invoering van dit systeem, moeten de uitgaven voor jeugdzorg een stuk lager uitvallen. ,,Maar tegelijkertijd ontvangen we dan ook minder inkomsten van het Rijk", aldus de woordvoerder.

UITSTEL

Voorlopig blijven de kosten voor jeugdzorg voor Boxtel hoog, want uit Den Haag kwam voor de zomer het bericht dat de invoering van het woonplaatsbeginsel is uitgesteld naar 2022. Daarnaast wordt op 1 januari 2021 ook Esch heringedeeld bij Boxtel omdat de gemeente Haaren die datum ophoudt te bestaan.

Afvalambities Boxtel nu al in de grijze kliko?

Met de invoering van betalen per keer dat je de restafvalcontainer aan de straat zet (diftar) zeven jaar geleden, is de hoeveelheid restafval al gedaald van 200/220 kilo per persoon per jaar naar circa 140 kilo. En sinds de invoering van de pmd-zak in 2017 zitten we nu op 122 kilo.


De ambitie van het college van B en W was 100 kilo in 2020 en 50 kilo in 2023. Nog maar een jaar geleden zijn deze ambities door de gemeenteraad vastgelegd in een grondstoffenplan en worden nu al bij het restafval gezet. Ze zijn onhaalbaar. Het zou meer een 'streven' moeten zijn, meldt de wethouder in Brabants Centrum van 9 juli.

De beloofde maatregelen in dat grondstoffenplan, zoals het vierwekelijks inzamelen van restafval, zijn nog niet eens doorgevoerd. En er kunnen nog wel degelijk meer flinke stappen worden gezet. Denk aan om ook mensen in hoogbouw en centrum de diftar-voordelen van afvalscheiding te geven en in staat stellen om ook keukenresten apart te houden.

En ook door vooral veel meer aandacht te geven aan het feit dat ook organische keukenresten in de groene gft-bak horen, in plaats van in de grijze restafvalcontainer (circa 30 procent van ons huidige restafval).

Vrijwel niemand weet dat sinds april meer verpakkingssoorten bij het pmd mogen, zoals glimmende verpakkingen. De regie voor afvalinzameling en -scheiding ligt bij de gemeente en die rol kan veel krachtiger worden genomen.

Vrijwel niemand weet dat pmd vanuit het afvalfonds (gevuld door verpakkingsindustrie) wordt betaald en niet via de afvalstoffenheffing. Vrijwel niemand weet dat de tarieven voor verwerken van restafval dubbel zo hoog zijn dan voor gft via de groene container.

Kortom, met meer en beter afval scheiden, hoeft de afvalstoffenheffing niet onnodig omhoog. Die boodschap kan veel duidelijker verteld worden aan de Boxtelaren. Neem bijvoorbeeld buurgemeente Meierijstad, die zit al in 2019 met 81 kilo per persoon per jaar restafval ver onder de 100-kilo-ambitie.


Het is voor Boxtel dus veel te vroeg om de afvalambities nu al in de grijze kliko te dumpen.



        JOOST VAN DER PLUIJM