Afbeelding
Foto: Peter de Koning

'WERKWIJZE DOORTREKKEN BINNEN MIJNGEMEENTEDICHTBIJ'

Waarom wijkmakelaars een succes zijn

PÅL JANSEN

Voor de gemiddelde inwoner is de wijkmakelaar wellicht een onbekend begrip. Maar voor dorps-, wijk- en buurtplatformen is deze functie een zegen. Hoewel deelnemers aan de enquête van Brabants Centrum over MijnGemeenteDichtbij (MGD) kritisch waren, werden deze specifieke medewerkers nog even apart benoemd: de wijkmakelaar is een succes. Ook de Boxtelse Rekenkamercommissie (RKC) spreekt lovende woorden.

De wijkmakelaar is een soort contactpersoon voor iedereen die in zijn of haar buurt iets wil realiseren. De generatietuin in Liempde nabij De Vlaswiek? De initiatiefnemers klopten bij de wijkmakelaar aan. Het nieuwe park aan de Van der Voortweg? Wederom de wijkmakelaar. Een paaltje hier, een groene straat daar, een snelheidsmeter in een gevaarlijke straat: allemaal via dezelfde ambtenaar.

Uiteindelijk moeten initiatiefnemers ook zelf aan de slag. En binnen de ambtelijke organisatie regelen collega's nog van alles. Desalniettemin: uit de enquête van Brabants Centrum ontstaat een positief beeld over deze functie binnen het gemeentehuis. Persoonlijk contact, maar ook een 'mannetje aan onze zijde', snel kunnen schakelen en goede afspraken maken zijn de zaken die bijblijven. ,,Door de wijkmakelaar als tussenpersoon, zijn zaken verbeterd omdat we nu een duidelijk ingang hebben [in het gemeentehuis - red.]", schrijft een van de respondenten.

HOOFDROL

De RKC is tot soortgelijke conclusies gekomen als Brabants Centrum. Die onderzocht de voorbije maanden het zogeheten 'wijkgericht werken' onder veertig partijen. Binnen dit onderdeel van Meewerkend Boxtel is een hoofdrol voor de wijkmakelaar weggelegd. Inwoners hebben van 2016 tot en met 2019 in totaal 146 buurtinitiatieven ontplooid. Slechts vier daarvan gingen niet door, honderd zijn er gerealiseerd en de rest is in voorbereiding of wordt momenteel uitgevoerd.

Soms is de inzet van de wijkmakelaar hierbij niet nodig of slechts minimaal omdat de buurtbewoners niet afhankelijk zijn van de gemeente. Maar voor het gros van de initiatieven moet er wel worden samengewerkt met de gemeente, aldus de RKC. De wijkmakelaar zet de lijntjes uit in het gemeentehuis en helpt inwoners aan vaak relatief eenvoudige zaken: een ruimte, materialen, een kleine financiële bijdrage, enzovoorts.

SPPILL

Maar in hoeverre inwoners zelf aan de slag gaan met buurtprojecten, verschilt nogal per gebied. In de gemeente ontstaan er zo een soort 'clusters' van vrijwilligersinitiatieven. In de ene buurt zijn meer mensen actief om aan de slag te gaan dan in de andere.

Het bekendste voorbeeld is Stichting Promotie Projecten in Leefbaar Liempde. Van 2016 tot en met 2019 werd de helft van de 50.000 uren uitgevoerd door de vrijwilligers van SPPiLL. En in Liempde zijn dan ook de meeste initiatieven gerealiseerd. ,,SPPILL neemt in het geheel een bijzonder positie in: door onder meer professionele ondersteuning, actieve werving van externe geldstromen, budgetomvang, enzovoort", stelt de RKC. De stichting haalde twee miljoen euro aan subsidies binnen voor allerlei projecten in Liempde en kreeg de voorbije jaren steun van zo'n 200 tot 250 vrijwilligers.

Daar tegenover staan de wijken Munsel en Selissen, waar bijvoorbeeld 3 procent van de buurtprojecten op touw werd gezet, meldt de RKC. Hiermee kan ook een vraag worden opgeworpen over hoe democratisch wijkgericht werken is. Inwoners moeten projecten immers ook willen of kunnen oppakken

In 2018 echter was volgens het rapport Staat van het Bestuur van de Rijksoverheid nog slechts 8 procent van de kiezers in Nederland betrokken bij een buurtinitiatief. Mensen die zich kunnen inzetten, hebben meestal meer vrije tijd, kennis, opleiding, middelen, netwerk enzovoort. Vooral blanke, hoogopgeleide Nederlanders ontplooien initiatieven, concludeerde onderzoeksbureau Movisie al in 2017.

Mocht het wijkgericht werken zich verder ontwikkelen in de gemeente Boxtel, dan is het de vraag of er over het democratisch gehalte nog discussies zullen ontstaan. Vooralsnog gaat het ook niet over gigantische budgetten. Jaarlijks is voor de wijken en organisaties een budget van ruim 2,5 ton vrijgemaakt. Het is echter niet precies duidelijk hoeveel geld in welke wijk wordt gestopt, aldus de RKC.

AFSPRAAK IS AFSPRAAK

De gemeente Boxtel probeert er wel voor te zorgen dat meer mensen 'meedoen'. Door meer bekendheid aan het wijkgericht werken te geven en successen te delen die andere inwoners weer moeten enthousiasmeren. Dit zijn enkele zaken die de RKC eerder al had aanbevolen.

Maar dit hangt ook samen met andere zaken. De partijen die meededen aan het onderzoek van de RKC, zijn bijvoorbeeld minder enthousiast over hoe hun wensen binnen de rest van MijnGemeenteDichtbij worden opgepakt. In tegenstelling tot de ervaringen met de wijkmakelaar, worden afspraken niet even goed nagekomen en aan toezeggingen wordt pas laat voldaan. Ook is niet altijd helder aangegeven wat wel en niet kan. Daar is nog ruimte voor verbetering, vindt de RKC.

Hoe dan ook: over het wijkgericht werken en de wijkmakelaar is men enthousiast, zo blijkt uit het Rekenkamer-onderzoek en dus ook de enquête van Brabants Centrum. Maar wel met de toevoeging: hopelijk zet de werkwijze zich ook door binnen de rest van het gemeentehuis. Lees hier meer over op de pagina hiernaast.


p Van links naar rechts: Anja Leerintveld (Sint-Michielsgestel), Hans Mols (Boxtel), Werner van der Velden (Boxtel) en Helma Smolders (Sint-Michielsgestel) begonnen in 2016 als wijkmakelaars. Inmiddels is Van der Velden gestopt en zijn diens taken overgenomen door Mieke van de Donk. (Foto: Annelieke van der Linden, 2016).

        ...MIEKE VAN DE DONK...