De families Baaijens en Wilcock gaan regelmatig bij elkaar op bezoek. In het midden staat Mariëlle Thorissen-Baaijens, met links ernaast moeder Conny Baaijens-Schuurmans en Louise Wilcock. Rechts Tony's dochter Lucy met achter haar Tony Wilcock en Huub Thorissen, de echtgenoot van Mariëlle. (Foto: eigen collectie).
De families Baaijens en Wilcock gaan regelmatig bij elkaar op bezoek. In het midden staat Mariëlle Thorissen-Baaijens, met links ernaast moeder Conny Baaijens-Schuurmans en Louise Wilcock. Rechts Tony's dochter Lucy met achter haar Tony Wilcock en Huub Thorissen, de echtgenoot van Mariëlle. (Foto: eigen collectie). Foto: eigen collectie.

LEVENS BOXTELSE EN ENGELSE FAMILIE VERSTRENGELD NA NEERSTORTEN LANCASTER

Oorlogsverhaal leidt tot generaties lange vriendschap

RENS VAN DEN ELSEN

De Lancaster Mark I bommenwerper die in de nacht van 21 op 22 juni 1944 nabij de Oirschotseweg in Boxtel neerstortte, heeft de levens van twee families op een positieve manier beïnvloed. Mariëlle Thorissen-Baaijens uit Boxtel kijkt nu, 75 jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog, terug op het leven van haar vader Frans. Een verhaal over hoe de verschrikkingen van die tijd jaren later voor een levenslange vriendschap zorgde.

Het begon allemaal bij pater familias Frans Baaijens. De toen 14-jarige Boxtelaar lag met een longontsteking in bed toen het oorlogsvliegtuig rond kwart over twee 's nachts vlammend uit de lucht viel. Op slechts enkele honderden meters van zijn huis raakte de Lancaster de grond; alle inzittenden kwamen om het leven. Baaijens zag het allemaal gebeuren vanuit zijn slaapkamerraam.

Enkele weken later, toen hij zich weer wat beter voelde, nam hij een kijkje op de plek van de crash. Hoewel het meeste al was opgeruimd door de Duitsers, vond Baaijens toch nog enkele penny's en een radio. Zijn zoektocht kreeg echter nog een luguber randje, want hij vond ook een schoen met nog een deel van een voet erin en vlakbij zijn huis waren in de grond nog duidelijk de contouren te zien waar iemand had gelegen. Later bleek dat hier een van de bemanningsleden was neergekomen. Die hele gebeurtenis tekende de jonge Baaijens voor het leven, maar het bracht zijn familie en dat van een Engelse bij elkaar.

ONDERZOEK

Het leven gaat verder, maar Baaijens kan de gedachte aan die bewuste nacht niet van zich afzetten. Als hij in 1988 op televisie een ongeluk bij de vliegfeesten in het Duits Ramstein ziet, besluit hij om het voorval uit 1944 nader te onderzoeken. Zo ontdekt hij dat er zeven bemanningsleden omkwamen en wist hij de namen van de betreffende Engelse militairen te achterhalen. In de jaren daarna bouwt zijn dossier zich op. In 2004, als zestig jaar bevrijding wordt gevierd, vertelt de inmiddels 74-jarige Baaijens zijn verhaal in Brabants Dagblad. Dat artikel zette een kettingreactie in werking die tot op de dag van vandaag zijn weerslag heeft.

Het krantenartikel wordt namelijk opgepikt door een Eindhovense man met grote interesse in oorlogsgeschiedenis. Dochter Mariëlle weet alleen nog dat hij Adrian heette en contact had met enkele nabestaanden van de militairen die in het neergestorte vliegtuig zat. Via hem werd een ontmoeting geregeld.

KLEINZOON

Niet veel later schudt Frans Baaijens voor het eerst de hand met Anthony Wilcock en zijn familie. De Engelsman blijkt de kleinzoon van Norman Bunker Wilcock, een van de militairen uit de Lancaster en waarvan Frans de 'afdruk' vlak bij zijn huis vond. De ontmoeting is emotioneel, er worden verhalen uitgewisseld en samen bezoeken ze het graf van Norman op de militaire begraafplaats in Eindhoven. Dochter Mariëlle fungeert in die tijd als tolk. ,,Er was vanaf het begin een klik tussen ons, Tony, zijn vrouw Louise en dochter Lucy. Toen ons pap 's avonds thuis kwam, vroegen we hoe hij het vond en of hij Tony nog een keer wilde ontmoeten. Dat wilde hij heel graag en dat bleek wederzijds", vertelt Mariëlle.

Sindsdien is het contact tussen de twee families alleen maar sterker geworden en zien zij elkaar zo'n twee keer per jaar. De gezinnen delen dezelfde interesses in geschiedenis, kunst en cultuur en de verhalen uit de oorlog verbinden de twee alleen nog maar meer. ,,Tony komt eens per jaar naar met zijn gezin naar Boxtel. Iedere keer als hij hier is zegt hij: 'I'm home'. Dat is toch geweldig", glundert Mariëlle. Het blijft echter niet alleen bij onderlinge bezoekjes.

LOTSBESTEMMING

De twee families blijken op meer fronten raakvlakken te hebben. Wie het verhaal aanhoort, zou kunnen zeggen dat het om stom toeval gaat. Maar zowel Mariëlle als Tony zien het als een soort lotsbestemming. Dat begon eigenlijk al met de bruiloft van de Boxtelse met haar man Huub Thorissen in 1997, ver voordat ze de familie Wilcock leerde kennen. ,,We zijn getrouwd in Schotland en bezochten daags na de bruiloft het Lake District vlak over de grens met Engeland. Het stadje waar we doorheen dwaalden, bleek later de plaats te zijn waar Tony en zijn vrouw vandaan kwamen. Dat klinkt misschien bizar, maar het wordt nog gekker", verzekert Mariëlle.

ZIEKENHUIS

Vorig jaar belandde Louise in Engeland in het ziekenhuis. Daar leerde ze een oudere vrouw kennen, die op dezelfde kamer lag. Zij vertelde dat haar vader tijdens de oorlog was gestorven in Nederland en dat hij was begraven in Eindhoven op hetzelfde kerkhof als Tony's grootvader. Ze heeft echter door omstandigheden nooit zijn graf kunnen bezoeken. Louise besloot contact op te nemen met haar Boxtelse vrienden. ,,Toen ze ons dit verhaal vertelde, zijn we meteen het graf op gaan zoeken, hebben er bloemen gelegd en enkele foto's gemaakt. Via Louise kwamen deze weer bij de dochter terecht. Dat was een zeer emotioneel moment voor haar. Ze was zo blij dat onbekenden haar wilden helpen. Dat heeft ons ook diep geraakt", zegt Mariëlle met glinsterende ogen als ze er aan terugdenkt.

Een vierde voorval heeft niet direct met de oorlog te maken, maar typeert wel het levenspad van de twee families. ,,Tony werkt op een school in Engeland en raakte een tijdje terug aan de praat met een van de schoonmaakster aldaar. Zij bleek uit Boxtel te komen, Steinmann was haar naam. Mijn ouders hebben hun huis in de Rechterstraat 54 van de familie Steinmann gekocht en runden er jarenlang kunst- en antiekzaak De Blaker", legt Mariëlle uit. ,,Het lijkt er steeds op dat hoe onze levens ook lopen, we steeds een link hebben met elkaar op de meest onverwachte momenten", vervolgt ze.

TRADITIE VOORTZETTEN

Frans Baaijens heeft tot zijn ontmoeting met Tony Wilcock vaak wakker gelegen van het moment dat de Lancaster naast zijn ouderlijke woning neerstortte en van de verschrikkingen van de oorlog. Maar het moment dat de twee elkaar de hand schudden, heeft de vader van Mariëlle veel goed gedaan. Frans overleed op 83-jarige leeftijd, maar ook daarna bleven de families elkaar zien. Mariëlle: ,,Het is mooi om te zien dat uit zo'n vreselijke gebeurtenis, een hechte vriendschap is voortgekomen. Als zelfs onze kinderen al besluiten om de traditie samen voort te zetten, zit het voor de toekomst wel snor."

Militair Norman 'Bunker' Wilcock kwam in de nacht van 21 op 22 juni 1944 om het leven toen de Lancaster Mark 1 bommenwerper boven Boxtel uit de lucht werd geschoten. (Foto: archief familie Baaijens).
De militairen die in de Lancaster Mark 1 zaten ten tijde van het vliegtuigongeluk. Tweede van rechts is Norman Bunker Wilcock. (Foto: archief familie Baaijens).
Frans Baaijens, overleden op 83-jarige leeftijd, schreef in de laatste jaren van zijn leven verschillende boeken over zijn tijd in de oorlog. (Foto: Maarten Baaijens).