SONY DSC
SONY DSC Foto: Marc Cleutjens

FER, ROÏ, PEPIJN EN LAURA STUDEREN AAN DE HAS EN DOEN ONDERZOEK IN NATUURGEBIED KAMPINA

Studenten speuren naar dodaars en rivierdonderpad

MARC CLEUTJENS

Monnikenwerk. Zo kan het afstudeeronderzoek van studenten Laura Kooijman, Fer Meijer, Roï Paardenkooper en Pepijn Vermeiren van de HAS Hogeschool het best worden omschreven. Twintig weken lang deed het viertal onderzoek in de Kampina en de Oisterwijkse Bossen en Vennen naar dieren en planten die geen alledaagse verschijning zijn. Brabants Centrum ging een dagje mee op zoek naar de kamsalamander, de kleine modderkruiper, de gestreepte waterroofkever en de gevlekte witsnuitlibel. ,,De Kampina is prachtig. Natuur is hier nog écht natuur."

Wie regelmatig een bezoek brengt aan de Kampina, heeft Laura (24) uit Dongen, Fer (24) uit Bladel, Roï uit Bleijswijk en Pepijn uit Zundert vast ergens zien rondwandelen. Gewapend met vlindernet, verrekijker, fotocamera én pen en papier struinden de vier HAS-studenten meestal in tweetallen door de bossen en over de heide. Als ze de vennen in moesten, droegen ze vaak lange laarzen om zonder natte voeten waterdieren en -planten als de rivierdonderpad en de drijvende waterweegbree te monitoren.

Het viertal volgt de opleiding ecologie in 's-Hertogenbosch en presenteert later deze maand de eindresultaten van het onderzoek in het provinciehuis. Noord-Brabant is immers de opdrachtgever van de studie. ,,Studenten moesten solliciteren om voor een leuk afstudeerproject in aanmerking te komen", vertelt Fer. ,,Doordat wij allemaal voor dit project kozen, ontstond dit viertal", vult Pepijn aan. ,,Als we onze studie hebben afgerond, mogen we ons toegepast ecoloog noemen", aldus Laura.

HABITATRICHTLIJN

Het onderzoek in de Kampina en de Oisterwijkse Bossen en Vennen richt zich op de waarneming en plaatsbepaling van zogeheten 'Habitatrichtlijnsoorten'. Dat zijn dieren en planten die vallen onder de Europese Habitatrichtlijn. Die is door de EU opgesteld om de biodiversiteit in stand te houden en kwetsbare flora en fauna te beschermen. Fer: ,,We hielden ons bezig met de monitoring van onder meer de kamsalamander, die in poelen voorkomt."

Daarnaast werd in de Beerze gezocht naar de kleine modderkruiper en de rivierdonderpad. Bovendien werd op de heide gespeurd naar de roodborsttapuit. En in en rond de vennen keken de studenten uit naar dodaars, een zeldzame watervogel. ,,Ons onderzoeksgebied bestond uit vlakken van één vierkante kilometer waarin we onze waarnemingen deden", vertelt Laura. De Dongense is geen onbekende in de Kampina. Ze deed hier eerder onderzoek naar marterachtigen zoals de bunzing en de wezel.

Alle waarnemingen zijn de afgelopen maanden door de vier studenten genoteerd en worden in het eindrapport aangeboden aan de provincie Noord-Brabant. Die heeft dankzij deze nieuwe gegevens beter zicht op de aanwezigheid van kwetsbare flora en fauna in de Kampina en de Oisterwijkse Bossen en Vennen.

VOORZICHTIG

Het afstudeeronderzoek van Laura, Fer, Roï en Pepijn levert ook nieuwe monitoringsplannen op voor twee uiterst zeldzame insecten in het natuurgebied tussen Boxtel, Oisterwijk en Oirschot. Het gaat om de gestreepte waterroofkever en de gevlekte witsnuitlibel. Fer: ,,Aan de hand van die plannen kunnen professionals en vrijwilligers in de toekomst het veld in om deze insecten op een juiste wijze waar te nemen."

Een monitoringsplan laat niet alleen de plekken zien waar de insecten voorkomen. Ook wordt uitleg gegeven over hoe ze te herkennen zijn en veilig gevangen kunnen worden voor determinatie. Aan de oevers van het Klokketorenven nabij de Rosepdreef demonstreert Laura hoe dat gaat. Als haar oog valt op een (minder zeldzame) venwitsnuitlibel, pakt ze eerst de verrekijker. Daarna vangt ze het insect voorzichtig met het vlindernet. Heel behoedzaam haalt Laura de libel eruit om er een foto van te maken. ,,En daarna laat je het dier natuurlijk vrij."

Vrijwilligers kunnen in de toekomstig aan de slag met het monitoringsplan voor de gevlekte witsnuitlibel. ,,Het waarnemen van de zeldzame gestreepte waterroofkever is werk voor professionals", vertelt Fer. ,,Die is heel lastig te herkennen."

In hun eindrapport geven de studenten aan waar de insecten aangetroffen kunnen worden. ,,Al is dat lastig voor de gevlekte witsnuitlibel", verzucht Laura. ,,Die hebben we intensief gezocht maar nergens aangetroffen. Misschien maken we vandaag nog kans…"

Laura, Fer, Roï en Pepijn hebben de Kampina en de Oisterwijkse Bossen en Vennen dankzij de opdracht goed leren kennen. ,,Het is een heel dynamisch gebied waar natuur nog echt natuur kan zijn", meent Fer. Laura noemt het beekdal van de Beerze nabij Banisveld een van de fraaiste plekjes: ,,De beek mag lekker meanderen en bij hoog water overstromen. Omgewaaide bomen blijven gewoon liggen. Prachtig."

Het afstudeerproject was leerzaam voor het viertal, Niet alleen vanwege alle onderzoeksdagen in de natuur maar ook door nauwe samenwerking met instanties als provincie, gemeenten, waterschap en 'groene' organisaties waaronder Natuurmonumenten, Brabants Landschap, SOVON en de Vlinderstichting.

FOTO LINKSBOVEN: Fer, Pepijn, Laura en Roï (v.l.n.r.) voor het Klokketorenven in landgoed Rosephoeve, op de grens van Boxtel en Oisterwijk. Zij speurden hier naar onder meer de gevlekte witsnuitlibel. De vlindernetten worden alleen gebruikt als waarneming niet lukt met het oog, de verrekijker of camera.

FOTO RECHTSBOVEN: Een libel wordt aan de oever van het Klokketorenven bestudeerd door Pepijn, Roï en Laura (v.l.n.r.). (Foto's: Marc Cleutjens).

SONY DSC