Afbeelding
Foto: Peter de Koning

Straatkrantverkoper Julia hoopt op betere tijden

Sinds een paar weken staat Julia, de frêle Roemeense straatkrantverkoopster, weer bij de ingang van de Lidl in Boxtel. Diep weggedoken in haar jas, warme muts over haar oren, dikke sjaal om haar hals. Ze knikt vriendelijk naar iedereen die voorbij komt, zegt 'dank je wel' of 'fijne dag'. De paar woorden Nederlands die ze inmiddels heeft geleerd.

Als ik vraag waar haar kinderen nu zijn, moet ze diep zuchten. Ze vecht tegen haar tranen.

Ook deze namiddag staat ze er weer. Het is koud en regenachtig. Mensen lopen gehaast voorbij. Sommigen weten zich geen houding te geven, kijken langs haar heen alsof ze niet bestaat. Anderen zeggen haar vriendelijk gedag, kopen een krant of stoppen haar wat euro's of een broodje toe. Haar gezicht klaart op als ze me ziet. Ze herkent me nog van afgelopen zomer toen ze ook al eens de Zelfkrant verkocht in Boxtel. ,,I am back", zegt ze. ,,Krantjes verkopen."
Ik zie dat haar vingers, dik en blauw zijn van de kou en geef haar mijn handschoenen. Ondertussen probeert ze met een plastic tas haar koopwaar droog te houden. Onder het afdak van de supermarkt staan, is verboden. De manager heeft haar duidelijk te kennen gegeven dat ze gewoon bij de winkel weg moet. Hij dreigde de politie in te schakelen. Ze smeekte hem: ,,Please, I have three little children. I need the money." De manager is onverbiddelijk. Sindsdien staat ze niet meer droog en beschut onder het afdak.
Als ik de manager vraag waarom ze daar niet mag staan, zegt hij: ,,Wij vinden het geen gezicht hier voor de winkel. Wij willen haar hier niet. We weten wel dat we haar moeilijk weg kunnen krijgen, maar ze moet gewoon weg. Dat is ons ook gelukt met die muzikant die voor de deur zat te spelen. Dus…"
Julia is bang. Maar de noodzaak om wat geld te verdienen met de verkoop van de Zelfkrant is hoog en wint het van haar angst. En dus staat ze in weer en wind voor de supermarkt.
De Zelfkrant is de straatkrant voor Zuid-Nederland. De krant wordt verkocht door mensen die dak- of thuisloos zijn (geweest) of niet kunnen rondkomen van hun minimuminkomen. Een groep professionele journalisten en fotografen maakt de krant op vrijwillige basis. Hierdoor blijven de productiekosten laag. Bij het distributiepunt in 's-Hertogenbosch kopen de verkopers de exemplaren in voor 1,10 euro per stuk. Hiermee worden allereerst de productiekosten gedekt. Wat overblijft gaat naar projecten voor mensen die aan de rand van onze samenleving proberen te overleven. De verkoopprijs van de Zelfkrant is twee euro. Ieder verkochte exemplaar levert dus negentig cent op voor de verkopers. Zo verdienen zij een bescheiden loon.
Ook Julia gaat af en toe, samen met haar man, naar 's-Hertogenbosch om een stapel Zelfkranten in te kopen. Op een goede dag verkoopt Julia zo'n 25 stuks. Maar daarnaast stoppen mensen haar vaak wat extra's toe. Ook haar man verkoopt de Zelfkrant bij een supermarkt in Vught. Samen kunnen ze het hoofd hier in Nederland boven water houden. Ze kunnen zelfs nog wat geld naar Roemenië sturen. ,,Voor mijn kinderen", zegt ze.

'MIJN HUIS IS KAPOT'

Julia spreekt slechts een paar woorden Engels, maar mede dankzij Google Translate kan ze mij haar verhaal vertellen. Ze komt uit Bacau, een stad met zo'n 130.000 inwoners in het oosten van Roemenië aan de voet van de Oostelijke Karpaten. Ze vertelt over haar kinderen, twee dochtertjes en een zoon. Ze telt de leeftijd van de kinderen op haar vingers: ,,Dochters tien en zes. Zoon vijf." En dan: ,,Zoon diabetes." Ze maakt met gebaren duidelijk, dat hij steeds bloed moet prikken in zijn vingertjes. Ze is bezorgd en mist haar kinderen.
Ook haar man heeft problemen met zijn gezondheid. Vijf jaar geleden kreeg hij een herseninfarct. Sindsdien is hij werkeloos. Als ik vraag waar haar kinderen nu zijn, moet ze diep zuchten. Ze vecht tegen haar tranen. ,,Water", zegt ze, terwijl ze omhoog wijst. Ik type 'regen?' in, op mijn telefoon. 'Ploaie?' verschijnt er in het schermpje. Ze knikt. Dan typt ze: 'Casa mea este sparta'. 'Mijn huis is kapot.' Ze maakt duidelijk dat haar woonplaats werd geteisterd door heftige regenbuien en forse overstromingen. Daarbij werd haar huis volledig verwoest en raakte ze alles kwijt.
Nu wonen de kinderen in Roemenië bij haar schoonouders. Zelf woont Julia met haar man tijdelijk in een caravan op camping De Reebok in Oisterwijk. ,,Tot 3, 4 of 5 januari." Daarna? Ze weet het niet. Ze wrijft met haar handen over haar armen om duidelijk te maken dat het koud is in de caravan. Een kacheltje met een gasfles is niet genoeg om de kou te verdrijven. Ondanks alles wil ze graag nog wat langer in Nederland blijven om wat extra geld te verdienen. Maar in de winter zonder een dak boven haar hoofd, is dat onmogelijk.
Ik vertel over uitzendbureaus speciaal voor mensen uit Oost-Europa. Behalve een baan, bieden die ook een bescheiden plek om te wonen. Ik beloof haar, dat ik het uit ga zoeken. Het geeft haar hoop, maar het neemt haar zorgen niet weg. Zorgen om haar man, kinderen, woonplek én verkoopplek bij de Lidl. Ze kijkt naar boven, slaat een kruisteken en zegt in gebrekkig Engels: ,,Met hulp van God. Komt goed."

Afbeelding