Afbeelding
Foto:

buurtbewoners blij met aanpassing plannen provincie

Schijndelsedijk houdt zijn lantaarnpalen

PETER DE KONING

De lantaarnpalen langs de N618 tussen Boxtel en Schijndel blijven staan. Dat is de uitkomst van overleg tussen de provincie en de gemeenten. Buurtbewoners reageren verheugd.

Tijdens een recente informatiebijeenkomst over de aanstaande renovatie van de N618 bleek dat de provincie een groot aantal lantaarnpalen wilde schrappen, om lichtvervuiling en energieverbruik te verminderen. Buurtbewoners van de Schijndelsedijk, het Boxtelse deel van de N618, reageerden onaangenaam verrast. Op de schetsen zagen zij verreweg de meeste lantaarnpalen verdwijnen. Vier zouden er blijven staan: twee bij de kruising naar Gemonde en Liempde en twee bij de kruising met de Geelderseweg en de Gasthuiskamp.

Wethouder Herman van Wanrooij reageerde vorige week verrast. Deze week liet hij weten dat alle palen op aandringen van de betrokken gemeenten blijven staan. ,,Het is heel simpel, de lantaarnpalen zijn van de gemeenten. Dus toen wij merkten dat ze gingen verdwijnen, hebben onze ambtenaren samen met hun collega's van Meierijstad direct contact gezocht met de provincie. Met als resultaat dat alle palen blijven staan. De provinciale ambtenaren gaven ook meteen toe dat ze er niet bij hebben stilgestaan", aldus de wethouder. Buurtbewoners lieten gisteren weten 'ontzettend blij' te zijn met deze uitkomst. ,,De weg blijft prachtig verlicht, daar ging het ons om", sprak een woordvoerder namens de buurt.

FOTO BOVEN: In de provinciale renovatieplannen wordt de N618 een halve meter breder, ten koste van een stukje berm. De zieke essen op deze archieffoto zijn inmiddels gerooid. Ze worden vervangen door linden. (Foto: Peter de Koning)


Lantaarnpalen en fonteinen in Boxtel

Goed dat de provincie een beleid voert om het energieverbruik en lichtvervuiling van openbare verlichting te beperken. Ook goed dat gemeente Boxtel steeds meer overschakelt op energiezuinige led-verlichting. Ook goed dat Rijkswaterstaat de verlichting op snelwegen in de nachtelijke uren uitschakelt.

Qua licht zijn we ontzettend verwend geraakt. In het donker voelen we ons onveilig, terwijl dat niet zo hoeft te zijn. Op een traject als de weg naar Schijndel kan ik mij voorstellen dat 41 lichtmasten veel te veel is, en het qua veiligheid met veel minder kan.

Dat het college na protest van enkele omwonenden zo snel overstag gaat, en Boxtel tegelijkertijd in 2030 energieneutraal wil zijn, vind ik merkwaardig. Op zijn minst hoort daar de discussie bij hoe het energieverbruik dan wel beperkt kan worden. Toch minder lantaarnpalen, dimbare verlichting, sensoren? Wat zijn nu echt de feiten qua veiligheid? Compenseren met zonnecellen?

Kan de lichtzee in Boxtel sowieso niet wat minder, vooral als iedereen slaapt? Bij de inrichtingsplannen van de Markt is evenmin een energieparagraaf te vinden. Wat gaat de pomp van de fonteinen aan energie verbruiken per jaar? Hierover is in het inrichtingsplan nul-komMa-nul aan feiten te vinden, geen onderdeel van het afwegingskader.

Maak de Markt energieneutraal. Als je zo nodig water omhoog wil pompen, compenseer dat dan met bijvoorbeeld een kunstwerk dat energie opwekt. Je laat dan direct zien dat 'Boxtel energieneutraal 2030' geen wassen neus is, maar dat je er als gemeenschap (gemeente en inwoners samen) ook naar handelt, of je het nu over lantaarnpalen hebt of over fonteinen.

        JOOST VAN DER PLUIJM


Verzetsmonument Kampina
en de namen die er op staan

In 1945 heeft Klaas Dekker deels de namen van de verzetsgroep (het 'lijstje') doorgegeven aan het NIOD. Waarom hij niet alle namen, genoemd in diverse documenten, heeft doorgegeven, zullen we nooit weten. De 'makers' wilden het monument sieren met de namen van alle verzetsmensen. Een nabestaande van een kernlid heeft toen gezegd geen namen op het monument te zetten.

In mei 2003 heb ik contact opgenomen met de makers, maar er viel niet te praten over de namen, men ging zich verschuilen achter het lijstje. Om daarmee de verantwoording voor de 'missers' bij Dekker te leggen, is niet terecht, hij heeft helemaal geen namenlijst gemaakt voor een plaatselijk monument. Bovendien corresponderen verschillende namen op het monument niet met het lijstje, er staat zelfs een naam op van iemand die niet bij de verzetsgroep hoorde. De gemeente heeft een monument gefinancierd (15.000 euro?) dat bedoeld is als eerbetoon aan alle verzetsmensen. Maar zij heeft na de onthulling een monument overgenomen waarop slechts deels de namen van de verzetsgroep staan. Daardoor blijkt de ongelijkheid van eerbetoon aan mensen van dezelfde verzetsgroep. Dit treft veel verzetsmensen, waarvan sommigen (waaronder mijn pleegvader) meerdere keren hun leven gewaagd hebben, hetgeen terug te vinden is in diverse documenten. Het betekent ook, of je naam prijkt al bijna veertien jaar op het monument of je bent voor altijd 'vergeten' en dat voor dezelfde gevaarlijke activiteiten.

Door het aanvaarden en laten voortbestaan van het monument in deze vorm, volgt de gemeente al vanaf 2003 het grootst mogelijke verschil van eerbetoon aan verzetsmensen van dezelfde groep. Door de volgende tekst op te nemen 'dit monument is ook bedoeld voor de vergeten verzetsmensen van dezelfde groep', is de fout enigszins te herstellen. Het monument staat immers symbool voor alle verzetsmensen die hulp boden aan de in Boxtel gestrande geallieerden. Dit alles is ook helemaal in de geest van de ontwerper, hij zei immers. 'Het is in mijn ogen dan ook nooit te laat om mensen uit het verzet te eren'. Dat de gemeente mijn brieven betreffende de namen na bijna twee jaar nog steeds niet wil beantwoorden, is toch een mysterie op zich, vandaar deze ingezonden brief.

        JAN VAN DE MEULENGRAAF

Naschrift redactie: De gemeente is gevraagd naar een reactie op de vragen van Jan van de Meulengraaf. Een woordvoerster meldt dat de ambtenaar die de brief destijds heeft behandeld lange tijd afwezig is. Volgens haar plaatsvervanger is Van de Meulengraaf doorverwezen naar de Stichting Veteranen Boxtel en Boxtel Vooruit. Van de Meulengraaf zegt geen behoefte te hebben aan contact met deze twee stichtingen en wil van het gemeentebestuur antwoord waarom de foutieve namenlijst niet wordt gecorrigeerd.