Heemkundevoorzitter Dik Bol (links) reikt de Heemkundepluim uit aan oprichter Bernard Vekemans van museum Vekemans. (Foto: Rini van Oirschot).
Heemkundevoorzitter Dik Bol (links) reikt de Heemkundepluim uit aan oprichter Bernard Vekemans van museum Vekemans. (Foto: Rini van Oirschot). Foto: Rini van Oirschot

EERBETOON AAN BERNARD VEKEMANS

Heemkundepluim voor museum Vekemans

MARC CLEUTJENS

Museum Vekemans aan de Stationsstraat in Boxtel is dinsdag tijdens de jaarvergadering van Heemkunde Boxtel bekroond met de Heemkundepluim. De onderscheiding wordt jaarlijks uitgereikt aan personen of instanties die zich inzetten voor lokaal historisch erfgoed.

De Heemkundepluim werd dinsdag uitgereikt aan oprichter en museumeigenaar Bernard Vekemans. Vekemans kreeg de prijs, die bestaat uit een kunstwerk van beeldhouwer Paul Simons, uit handen van heemkundevoorzitter Dik Bol. Vekemans memoreerde dat de prijs alle vrijwilligers van zijn museum toekomt. Het kunstwerk stelt een sleutel voor en de letters HB die staan voor de Heemkunde Boxtel.

Juryvoorzitter Rob Margry ging tijdens de jaarvergadering in zaal De Adelaar in op de geschiedenis van het Boxtelse museum. Niet alleen uniek voor de gemeente maar uniek voor Nederland, zo stelde hij. Sinds 2011 is museum Vekemans een officieel geregistreerd museum.

WISSELTROFEE

De 'Pluimcommissie' van Heemkunde Boxtel heeft voor museum Vekemans gekozen omdat Boxtel een rijke wasserijhistorie heeft en de initiatiefnemer het in de ogen van de jury heeft gepresteerd om van de drie wasserijmusea die in Nederland bestaan, het grootste in Boxtel neer te zetten. Ook het Brabantse Gilze heeft een museum met een veel kleinere collectie; in het Groningse Noordbroek bestaat een strijkijzermuseum.

De Heemkundepluim is een wisseltrofee die jaarlijks wordt toegekend aan een persoon of instelling die zich inzet voor behoud van het historisch erfgoed van Boxtel. De prijs werd voor de derde keer uitgereikt. In 2015 kregen Nijs van Hekezen en Bibi van der Veen van Villa Catherina de prijs. In 2016 was het pater Hans de Visser die het kunstwerk een jaar lang op zijn kast mocht zetten.

De Kleine Aarde

ging niet failliet

Wat is het toch ontzettend jammer. En ik las het zelfs op de voorpagina van Brabants Centrum. Daar stond vorige week: '...voordat De Kleine Aarde failliet ging...'. Dat klopt gewoon niet met de feiten. Ik dacht dat die fout al eens eerder was rechtgezet. Maar dan duikt het misverstand weer op. Hoe kan dat? Zijn dat vooroordelen? Graag wil ik nog één keer uitleggen hoe het wél gegaan is, want het zou toch treurig zijn als het verkeerde beeld zou blijven hangen.

Op 1 januari 2011 is stichting De Kleine Aarde in Boxtel formeel gestopt. En dat was zonder schulden. Al enkele jaren ervoor was duidelijk gebleken dat de bezoekersaantallen flink terugliepen. Daardoor gingen de personeelskosten voor de educatie en het onderhoud van het ecopark, met twee grote en enkele kleinere gebouwen, veel te zwaar drukken op de begroting. Toch werd die ontwikkeling ervaren als een succes, want de duurzame innovaties die in het ecopark getoond werden waren intussen bijna overal in Nederland te zien, zoals duurzaam bouwen en vervoer, biologische landbouw, zonnepanelen en windmolens.

Een paar jaar voor de geplande sluiting werd door de toenmalige directeur Martijn Messing met de gemeente Boxtel over de situatie gesproken en kocht de gemeente alvast het in 1995 geopende bezoekerscentrum en nog wat bezittingen van De Kleine Aarde. Dat bezoekerscentrum is het eerste cradle-to-cradlegebouw in Nederland, dat nu geheel past bij het huidige streven naar een circulaire economie. Met de opbrengst van dat gebouw konden nog enige tijd salarissen worden betaald en kon zo ook het werk en de relaties met externe bedrijven, instellingen en de donateurs netjes worden afgebouwd. De pioniersfase was voorbij; duurzame ontwikkeling was beleid geworden.

        JAN JUFFERMANS