Afbeelding
Foto: Marc Cleutjens

What's up, Erren?

Verhalen schrijven is een van haar grootste hobby's. Niet gek dus dat Erren Schäfer uit groep 8 van basisschool De Spelelier in Boxtel meedeed aan de verhalenwedstrijd die deze week heeft geresulteerd in een kinderboek waarin de avonturen van Jas de Keistamper staan opgetekend. Erren bedacht een verhaal over het jongetje Johan, dat appels gaat verkopen op de Markt en hulp krijgt van de Boxtelse reus.

Waarom heb je een verhaal geschreven over Jas de Keistamper? ,,We hebben op school een prentenboek van Jas de Keistamper dat vooral in de onderbouw wordt gebruikt. Tijdens de weektaak mochten we allemaal een verhaal schrijven dat past bij de tekeningen die ik heel erg leuk vind. Net als alle andere kinderen heb ik een verhaal geschreven en dat is door een juffenjury beoordeeld. Ik ben heel trots dat mijn verhaal in het boekje is opgenomen."

Schrijf je graag verhalen? ,,Schrijven is een van mijn grootste hobby's. Ik vind mensen die boeken schrijven heel erg knap. Ik schrijf vooral verhalen als ik op school ben. Het zijn verhalen over mensen en dieren die ik zelf bedenk en soms veel fantasie bevatten. Maar het zijn ook verhalen die misschien best in het echt zouden kunnen gebeuren."

'Schoolverhalen van Jas de Keistamper' is vooral bedoeld om de Boxtelse reus bekend te maken onder kinderen. Ken jij Jas? ,,Ik heb wel eens filmpjes van Jas gezien en verhalen over hem gehoord. Klasgenoot Sander heeft wel eens een spreekbeurt over Jas gehouden. Maar ik heb de reus nog nooit in het echt gezien."

Heb je naast schrijven nog meer hobby's? ,,Ik zit op hockey bij MEP en houd van tekenen. Ik heb ook een tekening van Jas de Keistamper gemaakt, maar die staat niet in het boekje. Vanmiddag repeteren we voor de musical. Daarin speel ik een heel lui persoon. Grappig want dat ben ik juist helemaal niet! Na de vakantie ga ik met mijn klasgenoten Noortje en Sveva naar het Maurick College in Vught."

FOTO RECHTS: Erren leest voor aan enkele leerlingen van groep 7 van De Spelelier. (Foto: Marc Cleutjens).