AMSTERDAMMER ZWAAIT NA 11 JAAR IN(D)BURGERING DE SCEPTER
Prins Peer d'n Twidde: 'Niemand
hoeft hier langs de kant te staan'
Kan dat eigenlijk wel? Een geboren Amsterdammer die voorop gaat in de carnavalspolonaise in Brabant. In het geval van prins Peer kan de discussie snel beëindigd worden en valt slechts één conclusie te trekken: ja, dat kan. Gedurende elf jaar heeft de man die sinds november de scepter zwaait in Eendengat zich volledig in(d)geburgerd. En waar hij maar kan, grijpt zijne doorluchtige hoogheid de microfoon om zingend zijn motto uit te dragen: 'Daor heurde bij, daor bende bij'.
,,Vooral bedoeld om mensen bij het leutfeest te betrekken voor wie deelname niet zo vanzelfsprekend is. Mensen met een smalle beurs bijvoorbeeld, of met een lichamelijke beperking. Ik hoop hen persoonlijk te mogen verwelkomen op de momenten dat ik in hofpaleis Denziz ben", vertelt prins Peer. Hij vervolgt: ,,Carnaval hoort door iedereen(d) gevierd te worden en daar wil ik graag en vol overgave een bijdrage aan leveren."
Veel carnavalsvierders kennen de leutmonarch van de Waggelaars vooral van zijn uniformjasjes. Een van de kamers in zijn huis puilt uit met afgeschreven kostuums van muziekkorpsen en schutterijen. Het liefst uitbundig versierd met tressen, epauletten en andere opsmuk. Prins Peer heeft er een handeltje in. ,,Bij toeval zo ontstaan. Toen mijn vrouw Hélène en ik ons twaalf jaar geleden vanuit Badhoevedorp in Boxtel vestigden, werden we weer hartelijk ontvangen door buurtbewoners. Ik werd óók gevraagd mee te doen in het dweilorkest Tussen De Dekens. In de laatste week voor carnaval vroeg ik wat voor kleding we aandeden. En toen bleek dat de andere muzikanten allemaal een oud harmoniejasje droegen..."
Als kersverse Waggelaar-in-opleiding spoedde de prins zich destijds naar enkele carnavalswinkels in Oeteldonk. ,,Maar ja, ik heb een nogal grote maat en er zat niets bij voor me. Dus op Marktplaats gezocht en ja hoor. In Amsterdam-Noord verkocht iemand een voorraad uniformjasjes. Ik ben erheen gereden maar moest wel de hele partij afnemen: 25 stuks. Ik dacht: och, de overige 24 verkoop ik wel weer. En dat bleek ook zo: op carnavalsmaandag had ik er nog maar twee over. En zo is het gekomen, ik wist niet dat ik zo'n handelsgeest in me had", vertelt de prins die in het dagelijks leven manager is bij de Rabobank in Eindhoven. ,,Het is gewoon leuk om te doen. Als ik uit de kosten kom, is het al goed. Ik hoef er geen geld aan te verdienen, maar vind het mooi als mensen moeite voor doen om er tijdens carnaval opvallend uit te zien." Voor zichzelf heeft de koldervorst een relatief sobere, zwarte jas uitgezocht. ,,Bewust. Omdat je als prins wordt bedolven onder onderscheidingen en andere frutsels."
TOFFE PEER
Zelf strooit de prins ook kwistig met onderscheidingen. Hij heeft speldjes in de vorm van een peer laten maken. ,,Met prominent een eend erop natuurlijk en in de Eendengatse kleuren rood en wit. Én twee blaadjes met het oranje-groen van De Knokkers, die hier al zoveel jaren vol enthousiasme inhoud geven aan het jeugdcarnaval. Met het speldje hoop ik verbindingen te leggen. Ik reik ze uit aan iedereen(d) die belangeloos een bijdrage levert aan het carnaval. Samen maken we het tot één groot feest." Een beperkt aantal speldjes is op een iets andere manier vormgegeven. ,,Mensen die een écht bijzondere bijdrage aan het leutfestijn geven, benoem ik daarmee tot Toffe Peer."
LEUKE ONTMOETINGEN
Pas sinds hij zich met zijn gezin in het zuiden van het land vestigde, viert de regerend pretpotentaat carnaval. Als 'bovensloter' (iemand van boven de grote rivieren, dus...) had hij er niets mee van doen. ,,Op één jaar na. Op mijn 22e (inderdaad tweemaal elf!) heb ik carnaval gevierd op Stratumseind in Eindhoven en daar heb ik veel plezier beleefd. En nu, drie keer elf jaar later, sta ik hier in Eendengat met de scepter te zwaaien. Geweldig om te mogen doen. Ik voel het als een grote eer en ervaar het als een bijzonder voorrecht om dit jaar Prins Carnaval te mogen zijn. En ik geniet er intens van. Hoewel het carnaval eigenlijk nog moet beginnen, heb ik al heel veel leuke ontmoetingen met mensen gehad."
Toen hij werd gevraagd om dit jaar de prinselijke narrenkap te dragen, hoefde Peer d'n Twidde niet lang na te denken. ,,Hier in huis hebben we de regel dat we in principe ja zeggen als een beroep op je wordt gedaan. Met de nodige mitsen en maren uiteraard. Maar Boxtel is een mooie gemeente en verdient het ten volle om nóg beter te worden. Als ik daar een bijdrage aan kan leveren, doe ik dat graag. Of dat nu als voorzitter van de Voedseltuin, bestuurslid van de veteranenstichting of als karaokedeejay is. Gelukkig kan ik in mijn functie als prins vertrouwen op de ervaring van mijn adjudant Mark Kluijtmans, die ook de rechterhand van twee eerdere prinsen was en jarenlang bestuurslid is van Stichting Openbaar Carnaval. Dus dat komt helemaal goed."
BOVENSTE FOTO: Prins Peer d'n Twidde staat een druk feestprogramma te wachten. Dat begon afgelopen weekeinde al met de Waggelrevues. In hofpaleis Denziz kreeg zijn doorluchtige hoogheid het eerste exemplaar van carnavalskrant De Wammes overhandigd door de samenstellers: Henk Boleij (links) en Hans van Schijndel. (Foto: Daisy Renders).
