FRAAIE CONCERTEN OP KASTEEL STAPELEN
Symfonische blaasmuziek opent tweede Dommeltheater
Het thema symfonie kreeg op bijzondere wijze invulling bij aanvang van het tweede Dommeltheater. Voordat de culturele vaarstoet zich op de rivier in beweging zette, verzorgden Boxtel's Harmonie en de Boxtelse Cantorij een optreden op de binnenplaats van kasteel Stapelen. De luisteraars, die merendeels in een heerlijk najaarszonnetje zaten, genoten met volle teugen en toonden zich na afloop heel enthousiast. Oók burgemeester Mark Buijs, die samen met de wethouders Peter van de Wiel en Marusjka Lestrade het concert bijwoonde.
Boxtel's Harmonie begeleidde alt/mezzosopraan Lieke Beirnaert. Zij studeerde klassieke zang aan Fontys Conservatorium in haar woonplaats Tilburg en leverde als dochter van directeur Sjaak Beirnaert van Assumptie-stichting een indrukwekkend aandeel in het harmonieoptreden. De aria 'L'amour est un oiseau rebelle' uit de opera Carmen van Georges Bizet kwam fraai tot uiting tegen de gevels van de waterburcht. Met 'Gabriëlla's Sång' uit de Zweedse film 'As it is in heaven' raakten solist én orkest de gevoelige snaar. De harmonie bleek niet alleen als begeleidingsorkest op dreef voor de circa driehonderd luisteraars. De muzikanten openden vol enthousiasme met 'Band of Brothers', de herkenningsmelodie van de gelijknamige tv-serie over de Tweede Wereldoorlog. De Zuid-Amerikaanse Danzón no. 2 stuwde het eerste deel van het concert naar een opzwepende climax.
Na de pauze zong het kamerkoor van oud-Boxtelaar Wil Barten stemmige Anglicaanse kerkmuziek op de trappen van de ridderzaal. Het was een beetje jammer dat toen een belangrijk deel van de luisteraars al had afgehaakt. De volhouders werden onder meer getrakteerd op een door Barten op muziek gezet gedicht over de Slag om Boxtel uit 1794. Het thema keerde later die middag terug in het varend theater.
FOTO LINKS: Begeleid door Boxtel's Harmonie vertolkt Tilburgse zangeres Lieke Beirnaert de aria uit de Habanera van de opera Carmen: L'amour est un oiseau rebelle. (Foto: Gerard Schalkx).