THEO CLIJNK, WILL VAN ROOIJ EN JOOST VAN RIJSWIJK VIEREN ZILVEREN JUBILEUM
Minder brandweerauto's, niet minder risico...
HENK VAN WEERT
Na de zomervakantie van 1989 traden vijf nieuwelingen toe tot de vrijwillige brandweer in Boxtel. Onder hen de eerste vrouw. Maar die hield het maar een paar maanden vol. Drie van de vier anderen zijn nog altijd actief. En Theo Clijnk, Will van Rooij en Joost van Rijswijk hopen dat ook nog lang te kunnen zijn. ,,Zolang we de jaarlijkse keuring goed doorstaan, blijven we doorgaan."
Er was een tijd dat voor brandweerlieden een maximum leeftijd gold. Met 55 jaar moesten ze met functioneel leeftijdsontslag (flo). En dat zou betekend hebben dat Clijnk het korps twee jaar geleden al had moeten verlaten. En Van Rooij en Van Rijswijk hadden dan nog maar twee respectievelijk drie jaar voor de boeg. ,,Gelukkig is die regel vervallen. Zolang je fit bent en je door de medische keuring komt, mag je doorgaan", vertelt Clijnk. ,,Ik was in 1986 bij de bedrijfsbrandweer van psychiatrisch ziekenhuis Reinier van Arckel en wilde meer ervaring opdoen. Toen ik me aanmeldde bij het Boxtelse korps was er geen plaats. Eigenlijk wel jammer, want dán had ik het treinongeval met de chemische containers nog meegemaakt. En nu net niet..."
Van Rooij stond ook een tijdje op de wachtlijst voordat hij mocht toetreden. ,,Ik wilde al heel lang bij de brandweer en had een open sollicitatie geschreven. Maar ik werkte in de bouw en in die tijd gold dat alleen mensen werden toegelaten die in Boxtel woonden én werkten. Van Rijswijk reageerde destijds op een advertentie in Brabants Centrum.
MOOIE BRANDEN
Zolang er geen slachtoffers vallen, vindt het drietal het werk mooi. ,,Tja, een rare omschrijving eigenlijk, maar zo is het toch wel. Drie jaar nadat we in dienst waren getreden, brandde basisschool De Beemden af aan het Apollopad. Dat was een mooie brand om te bestrijden. En dat gold ook voor sporthal Den Haagakker in 2007", zegt Van Rooij. Van Rijswijk knikt: ,,En wat te denken van Dumeco in 2001. Toen waren we maar liefst dertien uur onafgebroken in touw. Zó lang hebben we daarna nooit meer aan één stuk gewerkt..."
De reeks autobranden eerder dit jaar resulteerde er uiteindelijk in dat zes mensen 100 procent paraat waren. ,,Dat betekent dat we niet buiten Boxtel gingen en altijd beschikbaar waren. Een spannende tijd...", zegt Van Rijswijk.
Op de vraag waarom ze brandweerman werden, antwoorden de drie jubilarissen eensgezind. ,,Het is gewoon leuk werk. Nee, we dienen geen hoger doel, als je dat denkt. Natuurlijk helpen we mensen, maar als het daar alleen om ging had ik ook wel in een bejaardenhuis kunnen gaan werken", vertelt Clijnk, die ook een tijdje parttime commandant was van de brandweerpost Boxtel. ,,Maar die functie bleek toch te moeilijk te combineren met mijn werk bij de regionale brandweer." Van Rooij is daar ook werkzaam: als centralist. Van Rijswijk is in het dagelijks leven rechercheur in het politiedistrict Meierij.
MINDER VOERTUIGEN
Van de twee blusvoertuigen die momenteel in de Boxtelse kazerne staan, wordt er binnenkort één vervangen door een kleiner model. Daarin kunnen straks maximaal vier personen naar de plek des onheils, waar er nu nog negen man ingezet kan worden. En ook een hulpverleningsvoertuig verdwijnt. ,,En dat gaat ons aan het hart. Ik baal er écht van", vertelt Van Rooij. ,,Door bezuinigingen wordt het wagenpark ingekrompen. Maar de risico's in Boxtel worden met de rijksweg A2 en het spoor niet minder. Als bevelvoerder van een brandweerploeg realiseren Theo en ik dat we in de toekomst sneller moeten opschalen."
Zaterdagavond 5 september worden de drie jubilarissen in de kazerne aan de Brederodeweg gehuldigd door burgemeester Mark Buijs die ook na de regionalisering van de brandweer enkele jaren geleden opperbevelhebber van het Boxtelse korps is gebleven. Natuurlijk neemt ook postcommandant Hendrie Koppen het woord. De voorzitter van de brandweervereniging, waarbij dertig actieve en twintig oud-gedienden zijn aangesloten, zal geen toespraakje houden. Niet? ,,Nee, want dat ben ik zelf...", grinnikt Van Rooij. ,,Maar mijn plaatsvervanger zal het beslist goed doen..."