herdenking terugkeer relikwie in feestelijke hoogmis
Bloeddoek: vooral voor mannen…
HENK VAN WEERT
Aan het plan om afgelopen zondag 's ochtends een tweede, kleine bloedprocessie vanaf de Heilig Hartkerk te houden, kon door gebrek aan voldoende deelnemers geen invulling worden gegeven. Maar toch kwamen vier schrijndragers in actie om de Heilig Bloeddoek bij aanvang van de hoogmis de Sint-Petrusbasiliek in te dragen. Daarin speelden mannen de hoofdrol.
De zooltjes van de rode slippers waarop de leden van de jubilerende broederschap Portantes Sanguinem Sacrum nu al dertig jaar het koperen schrijn door de Boxtelse straten dragen, zijn behoorlijk glad. Meer dan eens schoof een van de vier mannen uit op de plavuizen van de majestueuze Sint-Petrus. Zonder helemaal onderuit te gaan gelukkig…
De Boxtelse Sint-Petrus dankt zijn monumentale status aan het 14e-eeuwse bloedmirakel, waardoor honderden jaren op rij ontelbare pelgrims naar Boxtel trokken en hier hun geld achterlieten in de hoop op genezing van kwalen of kwijtschelding van zonden. De twee bloeddoeken, waarop rode vlekken ontstonden nadat een priester witte wijn morste, zijn een symbool voor de eucharistie. Daarmee vieren de katholieken dat brood en wijn veranderen in het lichaam en bloed van Christus.
Na de reformatie werden de Boxtelse relikwieën bijna driehonderd jaar bewaard in het Belgische Hoogstraten en na lang aandringen werd één bloeddoek in 1924 teruggegeven. Die arriveerde op de donderdag na Pinksteren in Boxtel en werd drie dagen bewaard in de Heilig Hartkerk. Op de zondag erna kwamen vijftienduizend bedevaartgangers naar Boxtel om te zien hoe de doek in processie naar de Sint-Petrusbasiliek werd gebracht. Dat was afgelopen zondag op de kop af negentig jaar geleden en dus aanleiding voor een extra feestelijke hoogmis met gilde-eer.
Eenmaal binnengebracht werd de mirakeldoek uit het schrijn gehaald en door koster Martijn Vlaminckx in een speciale vitrine voor het altaar geplaatst. De hoogmis is het enige moment dat de bloeddoek in het echt is te zien. Tijdens de processie is de eeuwenoude reliek immers 'verstopt' in de bursa, de draagzak in het schrijn.
MANNENMIS
De muzikale omlijsting was in de vertrouwde handen van het Sint-Petruskoor, maar dirigent Kees Doevendans had ook een speciaal mannenkoor gevormd voor de vertolking van de Missa Cerviana – a tre voci maschili. Deze muziek van Perosi was in vroeger jaren erg populair bij de Boxtelse kerkkoren die destijds uit louter mannen bestonden en stond ook op het programma op het moment toen op 15 juni 1924 de bloeddoek terugkeerde. Inmiddels hebben alle kerkkoren vrouwen erbij gekregen en verdween de 'mannenmis' van Perosi in het archief. Het is dirigent Doevendans gelukt om de gregoriaanse gezangen op treffende wijze te laten vertolken door het projectkoor.
Beide koren werden op orgel begeleid door Tommy van Doorn die vorige week woensdag aan Fontys Conservatorium slaagde voor zijn bachelor-examen. Op verzoek van pastoor Jacques Grubben, samen met pastor Richard Niessen en diaken Toon Dankers voorganger in de dienst, kreeg Van Doorn tijdens de hoogmis een daverend applaus. Al met al was de hoogmis waar mee de Heilig Bloedviering startte, dus vooral een mannenaangelegenheid.
$ Onder toeziend oog van de schrijndragers Frank Schalkwijk, Karel Wijnen, Ludy Meister en Jan Schalkwijk, plaatst koster Martijn Vlaminck de mirakeldoek in een vitrine. De hoogmis is het enige moment dat de mirakeldoek echt te zien is. (Foto's: Peter de Koning).
